Bestuurlijk akkoord 2019-2022

In mei 2019 hebben beroepsverenigingen van paramedici (waaronder de NVLF), zorgverzekeraars, het ministerie van VWS en de georganiseerde patiëntenbeweging bestuurlijke afspraken gemaakt over de paramedische zorg in de periode 2019-2022.

De afspraken zijn een vervolg op het in 2017 afgesloten zogeheten Hoofdlijnenakkoord. Een belangrijk thema daarin was de vermindering van werkdruk en administratieve belasting als gevolg van doorgeslagen regelgeving. Daarnaast stonden kwaliteit van zorg en contractering centraal. Met de uitwerking van deze afspraken is een begin gemaakt. Dat loopt komende tijd gewoon door. Onnodige bureaucratie en regeldruk worden teruggedrongen volgens het actieplan ‘(Ont)regel de zorg’.

Komende jaren
De bestuurlijke afspraken van voorjaar 2019 geven aan op welke wijze de betrokken partijen gaan werken aan de invulling van de paramedische zorg in de komende jaren.
De verschillende afspraken worden vanaf nu verder uitgewerkt en bepalen voor een deel de werkzaamheden van verenigingen als de NVLF.

De bestuurlijke afspraken hebben betrekking op de volgende onderwerpen:

- De juiste zorg op de juiste plek
- Kwaliteit van zorg (kennisagenda, meerjarenonderzoeksprogramma's, uitkomstindicatoren)
- Informatie voor de patiënt (PREM)
- Organisatiegraad (regionalisering)
- Digitalisering (ICT, PGO)  
- Overig (kostenonderzoek, (Ont)regel de zorg, behandelindex)

Hieronder een zeer beknopte samenvatting van de inhoud. Voor details en de precieze formulering wordt verwezen naar de uitgewerkte tekst van de bestuurlijke afspraken. Die zijn hier te lezen. 

  • De juiste zorg op de juiste plek

    De zorg van de toekomst zal er anders gaan uitzien. Het startpunt zijn de behoeften van individuele personen. Lang niet altijd is het lichamelijk, psychisch of sociaal welbevinden gediend met een medisch antwoord. Goed functioneren en beperken van de gevolgen van ziekte zijn leidraad voor interventies. Mensen krijgen zo veel mogelijk regie in eigen handen. Dat vraagt onder meer om een andere opstelling van zorgprofessionals, met goede samenwerking als basisvoorwaarde.
    Deze andere invalshoek moet leiden tot kostenbeheersing en zal ook betekenen dat sommige zorg dichter bij huis wordt gegeven en dat voor gespecialiseerde zorg verder gereisd zal moeten worden. Verder kan e-health bestaande zorg voor een deel vervangen.

    Om deze ontwikkeling te laten slagen, is een goed inzicht in de gezondheidssituatie in regio’s, gemeenten en wijken van belang. Zorgaanbieders, verzekeraars en patiëntenverenigingen zullen hierbij samenwerken en afspraken maken.
    Van paramedische zorgverleners wordt verlangd dat zij zich nadrukkelijker lokaal organiseren.

    Klik hier voor het rapport van de Taskforce Zorg op de juiste plek.

  • Kwaliteit van zorg

    Verdere verbetering van de kwaliteit van zorg moet leiden tot gezondheidswinst en lagere kosten. Die kwaliteitsverbetering kan worden bereikt door wetenschappelijk onderzoek en de vertaling daarvan naar de dagelijkse praktijk via richtlijnen en kwaliteitsstandaarden. Dataverzameling kan bijdragen aan een beter zicht op de kwaliteit van zorg.
    Bij bevordering van kwaliteitsverbetering hebben initiatieven voorrang die (dure) zorg vermijden, zorg vervangen of dichter bij de mensen brengen.

    Extra geld

    Het ministerie van VWS stelt tot en met 2022 in totaal € 15 miljoen beschikbaar om de kwaliteitsontwikkeling te stimuleren onder meer door kennisvergroting en onderzoek

  • Informatie voor de patiĆ«nt

    Het is belangrijk dat de patiënt goede informatie heeft over paramedische zorg. Die informatie moet actueel en vergelijkbaar zijn. Het gaat daarbij om het antwoord op de vragen waar welke zorg beschikbaar is, wat andere patiënten ervan vinden en wat de kwaliteit van de zorg is.
    De huidige patiëntinformatie verdient verbetering. Een belangrijk punt daarbij is het samen beslissen van zorgverlener en patiënt over de gewenste aanpak.
    Daarnaast is het van belang dat de beschikbare informatie op één plaats te vinden is. Er wordt een project gestart om te kijken of de huidige PREM en Zorgkaart Nederland samen te voegen zijn.

  • Organisatiegraad

    Wil ‘De juiste zorg op de juiste plek’ slagen, zullen zorgverleners op regionaal niveau met elkaar moeten samenwerken. Daarvoor is nodig dat zij elkaar kennen en weten wat de ander te bieden heeft. Ook is belangrijk dat de paramedische zorg als één geheel herkenbaar is en kan worden aangesproken. Alleen zo kunnen afspraken worden gemaakt met zorgverzekeraars, patiëntenvertegenwoordigers en andere zorgaanbieders. Bovendien verhoogt een dergelijke nauwe samenwerking de doelmatigheid bij inkoop en organisatie. Ook moet dit ruimte bieden voor innovatie.
    De regionale samenwerking moet van de grond komen doordat de landelijke organisaties dat gaan bevorderen.

    Regionale netwerken en samenwerkingsverbanden gezocht
    Paramedisch Platform Nederland (PPN) leidt dit project. Samen met vertegenwoordigers van KNGF, Keurmerk, zorgverzekeraars, Patiëntenfederatie, NZa en het ministerie van VWS zijn we momenteel bezig met een plan van aanpak voor de komende 3,5 jaar. Onderdeel van dit plan is een nulmeting, dat wil zeggen een inventarisatie van welke initiatieven (regionale monodisciplinaire en met name multidisciplinaire netwerken / samenwerkingsverbanden) er op dit moment al zijn.

    Neem jij deel aan zo’n netwerk of samenwerkingsverband, laat het weten aan verenigingsmanager Boudewijn de Ridder via b.deridder@nvlf.nl.

    Themabijeenkomsten
    Het ministerie van VWS organiseert dit jaar op vier plekken in het land themabijeenkomsten over de Juiste Zorg op de Juiste Plek (JZOJP). Tijdens deze bijeenkomsten ga je in gesprek over de uitdagingen die bij het realiseren van JZOJP komen kijken, maar nog veel belangrijker: je krijgt praktische handvatten om de volgende stap te zetten.
    Aan de hand van goede voorbeelden uit de regio wordt gezocht naar mogelijkheden om de Juiste Zorg op de Juiste Plek ook in jouw praktijk te realiseren.

    Wil je ook aan de slag met de Juiste Zorg op de Juiste Plek? Kom dan naar de bijeenkomst in jouw regio (klik op de bijeenkomst van jouw voorkeur voor meer informatie of om je aan te melden):
    24 maart, omgeving Den Haag
    13 mei, omgeving Groningen
    10 juni, omgeving Apeldoorn
    1 juli, omgeving Breda

     

  • Digitalisering

    De juiste inzet van ICT is voorwaarde voor succes van de ontwikkeling naar de juiste zorg op de juiste plek. Dat betekent onder meer: gemakkelijke informatie-uitwisseling tussen zorgverleners en toegankelijkheid van relevante gegevens voor de patiënt. Maar ook: het gestructureerd en eenduidige vastleggen van met elkaar overeengekomen gegevens. Een dergelijke eenheid is noodzakelijk voor goed wetenschappelijk onderzoek.

  • Overig

    Kostenonderzoek en contractering
    Met betrekking tot de tarieven is afgesproken dat er een kostenonderzoek komt. Zorgverzekeraars zullen de uitkomsten ter harte nemen, is vastgelegd. Op hun beurt zullen de beroepsgroepen zich maximaal inspannen voor een doelmatige en efficiënte zorgverlening om zodoende de zorg betaalbaar te houden.

    Resultaten zijn inmiddels gepubliceerd. Voor meer informatie en het rapport, klik hier. Bekijk hier de onderzoeksopdracht.

    (Ont)Regel de zorg
    Van september tot november 2019 dachten bijna veertig logopedisten, diëtisten, oefen-, huid- en ergotherapeuten en vertegenwoordigers van belanghebbende partijen na over het verminderen van administratieve lasten. Deze schrap- en verbetersessies leverden tien concrete acties op, die in december 2019 werden overhandigd aan minister Bruno Bruins.

    Deze actiepunten moeten een vermindering in regeldruk opleveren. Zo wordt de informatie over de verwijzing die paramedici in hun dossier moeten vastleggen geminimaliseerd, en zetten zorgverzekeraars in op het verkorten van de termijn voor materiële controles.

    Bekijk hier alle schrap- en verbeterpunten en actieplannen.

    Kijk voor de voortgang van de acties op www.ordz.nl.

    Behandelindex
    De betrokken partijen hebben afgesproken samen de behandelindex te verbeteren. De eerste stap is dat de rekenmethodiek van de index voor een zorgverlener niet meer verschilt per zorgverzekeraar en duidelijk wordt uitgelegd hoe de berekening van de index werkt.

    De volgende stap is het doorontwikkelen naar een resultaatindex die kijkt naar de ervaren kwaliteit en uitkomst die is geleverd.

    Zie ook:
    - Nieuwsbericht: Voortgang behandelindex oefentherapie en logopedie
    - Nieuwsbericht: NVLF maakt zich zorgen om behandelindex CZ

    DSCPH
    Omdat veel partijen vinden dat de huidige DCSPH-systematiek beter kan, zijn zij samen aan een onderzoek begonnen naar een nieuw paramedie-breed systeem van codering. Bedoeling is dat dit onderzoek bouwstenen oplevert voor een systeem dat onder andere betere declaraties, wetenschappelijk onderzoek en kwaliteitsverbetering ondersteunt.

    Directe doorverwijzing
    Voor de paramedische sector geldt directe toegang zonder verwijzing, tegelijk kunnen individuele verzekeraars hier andere keuzes in maken. Afgelopen jaar is per zorgverzekeraar in beeld gebracht welke aanvullende eisen worden gesteld en waarom deze worden gesteld. Komende tijd gaan we kijken of aanvullende eisen kunnen verdwijnen of dat er meer geüniformeerd kan worden tussen zorgverzekeraars. Bedoeling is dat er straks meer duidelijkheid is voor patiënt en zorgverlener.

    Vermindering administratieve lasten
    Met de afspraken in het hoofdlijnenakkoord over regeldruk is een eerste stap gezet om regeldruk te verminderen. Bijvoorbeeld door het schrappen van herhaalverwijzingen. Om hier de komende tijd op door te pakken is er aan de hand van deze eerdere afspraken en meer recente schrapsessies een apart actieplan gemaakt om regeldruk aan te pakken. Het actieplan wordt door een aparte werkgroep uitgevoerd.